Update 30: De Grenadines
Donderdag 04 maart 2004
Locatie: Bequia
Stel je voor, het is koud en winderig in Nederland en je verlangt naar een onbewoond eiland…en
ze zijn er nog. In de Carieb liggen een aantal eilandjes die ontstaan zijn uit koraal en achter een
groot rif liggen dat de eilandjes beschermt tegen de hoge golven van de Atlantische oceaan.
Deze eilandjes heten de Grenadines en het rif dat er voor een aantal van deze eilandjes ligt, is
het Horseshoereef, een rif in de vorm van een hoefijzer. We zijn eerst op Petit St Vincent
geweest. We liggen daar erg mooi voor een strandje en krijgen nu echt het carieb-gevoel. Het
onderwaterleven is hier ook uniek en alle eilanden van de Grenadines zijn een Nationaal Park.
Marry ziet bijvoorbeeld een pijlstaartrog als ze terug zwemt/snorkelt naar de boot om de
zwembandjes van Chris te halen. Norbert van de Vasco ziet op een ander stukje va het rif een
haaitje. S morgens wandelen we met Chris op het strand, kijken we naar de branding en genieten
van het bevoorrechte leventje dat we nu hebben. We blijven een paar dagen hier en gaan dan
terug om uit te klaren. De volgende dag vertrekken we naar Union Island. Ook hier liggen we
weer waanzinnig mooi, tussen twee riffen in kristalhelder water. In Union zijn op het rif twee
“eilandjes” gebouwd. Een ervan is gebouwd van zeerestmateriaal en de eigenaar heeft daar een
bar/eetgelegenheid gecreëerd. Hij, Yanti, noemt zijn eiland Happy Island. We drinken daar op
een dag iets tijdens een happy hour en ruiken de heerlijke etensluchten die uit zijn provisorische
keukentje komen. We besluiten daarom de volgende dag daar met z’n allen te gaan eten. Met zijn
allen zijn de Bemanning van de Bouskoura (Arjen Marry Chris), van de Vasco (Norbert, Corine,
Betty, Jip, Puk en Sil) en van de Indigo (Mienco, Richtje, Chris, Erwin en Wessel). Een hele koppel
en Yanti heeft zijn handen er vol aan om voor ons te koken. Op een zeker moment krijg ik een
plank, een mes en een bol knoflook in mijn handen geduwd. Of ik het wil schoonmaken en zo klein
mogelijk wil snijden. Richtje mag de wortels schrapen en Betty mag meehelpen met het dessert,
fruitsalade met heerlijke tropische vruchten. We genieten erg van de avond, eten heerijke
lobster (kreeft) en vermaken ons prima. Na het eten ligt Yanti lekker in zijn hangmat een wietje
te roken. Hij vindt het allemaal wel best. De rumpunches mogen we zelf klaar maken.
Later op de avond vertrekt iedereen weer met zijn bijbootje naar de eigen boot en kijken we
terug op een geslaagde avond.
Het volgende doel is de Tobago cays, de eilandjes achter het horseshoereef. We vinden een
plekje tussen vele andere boten die daar al geankerd liggen en genieten van de omgeving. We
snorkelen, gezamenlijk met mensen van andere Nederlandse boten, heel wat af. We doen het
toch meestal om de beurt omdat er tenslotte ook iemand moet zijn om op de kinderen te letten.
Het snorkelen is hier erg mooi, vooral rond de eilandjes en bij Petit Tabac, een eilandje dat net
buiten het Horseshoereef ligt, maar achter een klein ander rif. Bij Petit Tabac is een kleine
lagune waarin het water gewoon lauw is. Chris leert daar met zijn flippertjes en bandjes een
beetje drijven, er is geen golfslag en dat maakt het ideaal om te oefenen. Hij vindt het erg leuk.
We barbecuen nog op het strand en genieten. Op deze plek ontmoeten we weer heel veel
Nederlandse boten en het is erg gezellig. Er wordt zelfs weer een strandborrel gehouden.
Iedereen neemt dan wat mee zodat alles bij elkaar een voor een gegarandeerde leuke tijd staat.
Een initiatief om met alle Nederlandse boten te BBQ-en valt in goede aarde zodat we die avond
op een eilandje zitten te eten. Supergezellig en erg goed om iedereen weer te spreken en plannen
en ervaringen uit te wisselen.
En daarna zijn we naar Bequia (spreek uit :Bekwee) gevaren, een eilandje vlak onder St. Vincent.
We varen samen op met de Vasco. Als de Vasco hun anker laat vallen schieten het anker en alle
ankerketting uit de ankerkluis (ankerbak) en belanden op de bodem van de baai, zonder dat hun
boot er aan vast zit! Norbert vraagt aan Arjen en mij of we het anker willen opduiken. Arjen en
Mienco doen het uiteindelijk samen. Ze duiken naar de bodem (ongeveer 17 meter diep) , maken
een lijn vast aan de ankerketting en daarna wordt alles via de ankerlier van de Vasco weer aan
boord getrokken. Zo komen de duiksetjes nog eens van pas! Norbert van de Vasco besluit later
die week ook maar een duikcursus te gaan volgen.
Ook hier hebben we het weer goed naar onze zin. Helaas krijgt Marry een oogontsteking. Maar
een bevriende medezeiler, die huisarts is, ziet het en stelt de diagnose zelfs voor wij er over
nagedacht hebben. Van hem krijgen we zelfs oogdruppels. De eerste twee dagen zijn heel
vervelend en pijnlijk. Wind en zonlicht zijn taboe en dat betekent dus in de boot blijven.
Ondertussen neemt Arjen Chris mee op sleeptouw naar het strand.
Arjen en Chris bezoeken samen met de Vasco crew de schildpadden “boerderij”, en zien op die
manier ook nog wat van het eiland.
Arjen en Mienco gaan samen nog lekker een keer duiken. Goede daginvulling trouwens, al met al
ben je een hele dag bezig. Arjen verbrand helaas wel en heeft daar de volgende dag last van. Zijn
nek en schouders zijn dan ook behoorlijk rood. Het kon wel dacht hij..helaas was het tegendeel
waar.
Inmiddels zijn we ook een beetje aan het kijken naar mogelijkheden waar we het hurricane
season door willen brengen. We ontdekken dat ons idee om misschien naar Suriname te gaan niet
haalbaar is, het betekend een zeiltocht van 600 mijl aan en soms tegen wind en stroom in.
Nu zijn we ons aan het oriënteren op andere gebieden, Trinidad, Venezuela of misschien wel een
van de landen in de golf van Mexico. Elke beslissing betekent tevens een keuze voor het
vaargebied voor het volgende seizoen. We zijn er nog niet uit en hebben weer genoeg stof voor
gesprek.
We houden jullie op de hoogte….